Hiernaast is te zien hoe ik afstam van de families Kuijper, Lozer en van der Steen.
Via mijn moeder kom ik in de Kemper-lijn terecht en een voorvader genaamd Hendrik Kemper had een vrouw genaamd Antje Jans Kuijper. Haar moeder heette Anna Lozer en haar moeder was Anna van der Steen.
Over de families Kuijper en Lozer (of Looser) is tot op heden vrij weinig bekend. Mijn onderzoek naar de vader van Antje Jans Kuijper, genaamd Jan Ariensz stopt bij hem. Zo ook bij de familie Lozer kom ik niet verder dan vader van Anna Lozer genaamd Josephus Lozer.
Uiteindelijk leidt mijn zoektocht voor het eerst in mijn onderzoeken naar de stad Utrecht, naar een bijzondere familie genaamd ‘van der Steen’.
Familie Kuijper
Bij het verder uitwerken van mijn moederslijn (Kemper) kom ik bij een voorouder genaamd Hendrik Kemper wiens vrouw Antje Jans Kuijper is. In het verleden had ik deze familie uitgewerkt waarbij ik Antje had aangesloten bij een vader genaamd Jan Harmensz Kuijper en moeder Huibertje Jacobs Tukker uit Nieuwer Amstel. Bij nader onderzoek, waarbij ik probeerde te achterhalen wie de doopgetuigen waren van de kinderen van Antje Jans Kuijper en haar man Hendrik Kemper kom ik tot andere inzichten.
Een doopgetuige genaamd Arie/Adrianus Kuijper en Antje Koekenbier zette mij op een ander spoor. Ik vermoedde dat hij de broer was van Antje. Daarbij komt ook dat er een kind gedoopt werd met de naam Adrianus (Arie) Kemper. Een naam die verder niet in de Kemper-lijn voorkomt.
Dus ik ging op zoek naar Arie (Jansz) Kuijper. En toevallig kwam ik deze tegen in Diemen met partner genaamd Annetje Jans Koekenbier. Zowel Arie Jansz Kuijper als vermoedelijke zus Antje Jans Kuijper kwamen uit Buitenveldert en dus ging ik op zoek naar hun doopinschrijvingen. Met de achternaam Kuijper was daar niets te vinden, maar al zoekende kwam ik in Buitenveldert een gezin tegen waar een dochter genaamd Anna (20-03-1754) en zoon genaamd Adrianus (22-09-1752) werden gedoopt, waarbij de ouders Jan Ariensz en Anna Lozer waren. De naam Lozer komt ook terug als doopgetuigen bij een ander kind genaamd Adrianus/Arie van Hendrik Kemper en Antje Kuijper. Namelijk Pieter Lozer/Looser en Hester Lozer/Looser. Dit bevestigde dat ik hier op het goede spoor zat.
Bij het verder uitwerken van de familie Lozer/Looser kom ik inderdaad Pieter Looser en Hester Looser tegen in Buitenveldert. Bij twee van de kinderen van Pieter Looser, genaamd Geertruida Looser en Josephus Looser komen de namen van hun partners, respectievelijk Gerrit van Grieken en Zwaantje van der Vaart, ook terug als doopgetuigen.
Vader Jan Ariensz (Kuijper) overlijdt ergens rond 1756. Zijn vrouw Anna Lozer hertrouwt, vermoedelijk in 1757, met Frans van Kalker waar zij ook twee kinderen mee kreeg, Geertruidis en Jacoba. Frank van Kalker overleed al snel in 1762 en Anna Lozer trouwt vermoedelijk in 1763 voor de derde keer met Harmanus Oostweegel. Ze laten op 17 juni 1770 een testament opzetten en daar is de gezinssamenstelling in terug te lezen. Ook wordt hierin “haar broeder Pieter Looser” aangewezen als voogd over de minderjarige kinderen. Kortom ook hier een bevestiging van mijn onderzoek.
Familie Lozer (of Looser)
De naam Lozer (of Looser) is een bijzondere naam die ik in mijn vele onderzoeken nog niet was tegen gekomen in of rondom Nieuwer Amstel. In mijn verdere onderzoek naar deze familie loop ik al snel vast in Nieuwer Amstel en omstreken. Ik kom Pieter Looser en Hester Looser wel tegen in trouwaktes van hen en doopaktes van hun kinderen. De naam Hester (Lozer/Looser) ben ik ook niet vaak tegen gekomen.
Van Pieter, Hester en Anna kom ik geen doopaktes tegen in Nieuwer Amstel en omstreken. Wel valt mijn oog op ene Josephus Looser die vanaf 1733 drie kinderen laat dopen in Buitenveldert. Ik besluit mijn onderzoek te vervolgen op basis van de namen Joseph(us) en Hester Looser.
Mijn onderzoeken op internet leiden mij naar Utrecht, waar ik ook hier per toeval een Josephus Lozer tegenkom. Zijn vrouw is genaamd Anna van der Steen en wat wil. Zij dopen vier kinderen waarvan er drie genaamd: Hester, Johanna (Anna) en Pieter. Een vierde kind was genaamd Willem.
Anna van der Steen overleed in Utrecht op 10 januari 1732. Kortom de Josephus Lozer die ik ben tegen gekomen in de doopregistraties vanaf 1733 in Buitenveldert zal dus dezelfde zijn én de vader van Pieter, Hester en Anna. Josephus zal dus na overlijden van zijn eerste vrouw met zijn kinderen zijn verhuisd naar Buitenveldert. Daarbij laat Josephus Lozer met zijn tweede vrouw in Buitenveldert twee kinderen met de naam Willem dopen. De puzzel is gelegd!
Helaas stagneert mijn verdere onderzoek naar de familie Lozer/Looser. Van Josephus zijn geen ouders bekend en dus ook geen doopregistratie. Ook de naam Lozer/Looser komt niet veel meer terug in Utrecht vóór die tijd. Deze naam kom ik op internationale genealogische websites wel veel tegen in Zwitserland. Ik heb dus zo’n vermoeden dat Josephus of zijn vader of moeder geëmigreerd zijn vanuit het buitenland naar Utrecht.
Familie van der Steen
Vanuit de familie Lozer/Looser komen we dus bij Anna van der Steen. Die de eerste aansluiting vormt met de familie van der Steen uit Utrecht. Bij het uitwerken van deze familie valt op dat zij zich generaties lang hadden aansloten bij de Oude Katholieke statie St. Jacob in Utrecht. Een Katholieke kerk die onafhankelijk was van Rome.
In de vele aktes van deze familie(s) valt te lezen dat ze allemaal “Buiten de Weerdpoort” woonden. Zelfs bij het “Zwarte water” of “achter de Koekkoek” of “binnen de bemuurde weerd”.
De Weerdpoort, ook wel Amsterdamse Poort genoemd, was vanaf de middeleeuwen een van de vier stadspoorten van de stad Utrecht. De poort stond aan de noordzijde van de huidige binnenstad, waar de Oudegracht, de Stadsbuitengracht en de Utrechtse Vecht samenkomen en heden de Weerdbrug ligt. Hier zijn de restanten van de fundering van één van de twee torens nog zichtbaar.
Deze families woonden dus buiten de stadsmuren en poort van Utrecht. Hier lag een stuk van de stad, aan beide kanten van de Vecht, wat ook wel de Weerd (de waard) genoemd werd. Hier woonden veel Hoveniers die de stad voorzagen van fruit en groenten. Dit deel van de stad heette ook wel de “bemuurde weerd”, omdat er speciaal voor de veiligheid van de hoveniers een muur om de waard gebouwd werd. Hier teelden de hoveniersgeslachten Bakker, Gresnigt, de Groot, van Oort, de Rijk, van der Steen en Verheul al sinds de 17e eeuw groenten. Veel van deze families waren oud-katholiek: katholiek maar onafhankelijk van Rome.
Ook het Zwarte water is een stuk water wat zich achterin de bemuurde waard bevond. Achter de koekkoek bevond zich buiten de bemuurde waard.
Bron:
https://www.koningshof-utrecht.nl/wp-content/uploads/Hoveniers-van-Utrecht-expositie.pdf
https://oud-utrecht.nl/nieuws/946-op-pad-met-oud-utrecht-de-bemuurde-weerd
https://nl.wikipedia.org/wiki/Bemuurde_Weerd
https://broerendebruijn.nl/BemuurdeWeerd.html
https://nl.wikipedia.org/wiki/Hoveniers_van_Utrecht
https://stamboomvandersteen.nl/van-der-steen-utrecht/stadsgroentemannen-van-utrecht/
https://oud-utrecht.nl/nieuws/1082-de-verdwenen-oud-katholieke-hoveniers-van-utrecht
